maandag 20 juni 2011

14 maart 2011 Dwangmatig

Mijn bijna natuurlijke neiging is om orde te scheppen, om grip te houden op mogelijke onderzekerheid. Een opgeruimd huis, een heldere weekplanning, regelmatige check op in- en uitgaven. En zo meer. Het helpt me kennelijk, de illusie van maakbaarheid. Tot er iets voorbij komt waar dat niet voor geldt. Alzheimer bijvoorbeeld. Ok. Ik kan allerlei professionals consulteren: downpoli, ergotherapeut, logopedist, KNO-arts, dagbesteding… maar dat houdt ergens op. En wat dan rest is een streven naar leven in het nu. Dat probeer ik dus. Zo zat ik met See in de auto. Zij zat naast me. Na het vaste ritueel van begroeting, koffie drinken, plassen, schoenen aan, cd’s zoeken gingen we samen op pad. Ze schuifelde naar de auto en ik hielp haar er in. Ik keek haar aan en zei ‘ik houd heel veel van jou’. Ze nam het in ontvangst, tevreden en bijna vanzelfsprekend. Zo ging een moment voorbij vol nu, vol samen, helemaal goed zo. Ik was blij het gezegd te hebben. Zo veel van jou!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten